EPC, NOM of BENG?
Wanneer we spreken over duurzaamheidsambities worden er diverse termen gebruikt. De meest voorkomende termen leggen we graag aan je uit.
DE TERMEN UITGELEGD
ENERGIEPRESTATIECOËFFICIËNT (EPC)
De energieprestatiecoëfficiënt (EPC) geeft aan hoe energiezuinig jouw woning is. Hoe energiezuiniger de woning, hoe lager de norm. De hoeveelheid energie die nodig is om je woning te verwarmen of verkoelen, wordt uitgedrukt in een EPC-cijfer. De EPC-berekening gaat alleen over het gebouwgebonden energieverbruik. Dit is de energie die nodig is om het binnenklimaat van je woning op orde te houden, inclusief de verlichting en installaties. Het verbruik van bijvoorbeeld je oven, stofzuiger, computer, televisie of broodrooster wordt niet meegerekend.
EPC 0 OF ENERGIENEUTRAAL
Sinds 1995 heeft de overheid de EPC-norm steeds verder aangescherpt. In 2006 gold voor woningbouw bijvoorbeeld nog een eis van 0,8. In 2015 is deze eis verlaagd naar 0,4 en sinds 2021 mogen alleen nog woningen gebouwd worden met EPC 0 - energieneutrale woningen dus. Dat betekent dat je de energie die nodig is om je woning comfortabel te houden zélf duurzaam moet opwekken.
BIJNA ENERGIENEUTRALE GEBOUWEN
Hoewel de term EPC nog steeds gehanteerd wordt, is de EPC voor nieuwbouwaanvragen inmiddels vervangen door de BENG-eisen. Voor alle nieuwbouw geldt sinds 1 januari 2021 namelijk dat de vergunningaanvraag moet voldoen aan de eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG):
- De maximale energiebehoefte in kWh per m2 gebruiksoppervlak per jaar;
- Het maximale primair fossiel energieverbruik, eveneens in kWh per m2 gebruiksoppervlak per jaar;
- Het minimale aandeel hernieuwbare energie in procent.
De BENG-eisen houden rekening met het gebouwgebonden energieverbruik per m2. Er geldt een aparte eis voor de buitenkant van een gebouw, de zogenoemde schil, om de energiebehoefte te beperken. Dit noemen we BENG 1. De resterende energiebehoefte moet zo efficiënt mogelijk worden opgewekt: BENG 2. Ook moet de energievraag van een gebouw zo veel mogelijk uit hernieuwbare energie bestaan: BENG 3. De hoogte van de eisen verschilt per type woning of gebruiksfunctie en is terug te vinden in het Bouwbesluit. BENG is gebaseerd op een driestappenstrategie om een energiezuinig ontwerp te maken: de Trias Energetica die we ook binnen Roosdom Tijhuis toepassen.
BENG is gebaseerd op een driestappenstrategie om een energiezuinig ontwerp te maken: de Trias Energetica die we ook binnen Roosdom Tijhuis toepassen.
NUL-OP-DE-METER
Nul-op-de-meter (NOM) heeft te maken met de verduurzaming van de bestaande voorraad van sociale woningbouw. De gedachte is dat de gehele woning net zoveel energie opwekt als het gebruikt. Beter gezegd: aan het einde van het jaar staat het energieverbruik per saldo op 0 kWh. Deze methode kan worden toegepast bij stadswarmte, gas en collectieve systemen.
NUL-OP-DE-METER-KLEUR (NOM KLEUR)
NOM Keur voorstellen worden gekeurd op 3 onderdelen: propositie, toepassing en levensduur. Pas wanneer alle onderdelen goed zijn, ontvangt de bouwer het NOM Keur. Bij de propositie gaat het erom hoe het plan er op papier uitziet. De keuring gaat verder dan alleen het beoordelen van de technische oplossingen. Er hoort bijvoorbeeld ook een meerjarenonderhoudsplan en een plan voor bewonerscommunicatie bij. Als de bouwer de propositie daadwerkelijk realiseert, wordt er gekeurd op toepassing. Voor het NOM Keur op levensduur wordt na 1 jaar én na 3 jaar contact gezocht met de huurder, verhuurder en de bouwer. Dan wordt een check uitgevoerd op de prestaties van de woning en het wooncomfort van de bewoners.
ENERGIENOTALOOS
Energienotaloos of energienotanul betekent dat de energielasten aan het einde van het jaar per saldo € 0,- zijn. Hierbij gaat het zowel om het gebouwgebonden energieverbruik als om het huishoudelijk energieverbruik. Gedurende het jaar wordt het overschot aan opgewekte energie terug geleverd aan de energiemaatschappij. Bij een volledig energienotaloze woning moet het bedrag voor vastrecht ook meegenomen worden.
GEBOUWGEBONDEN OF HUISHOUDELIJK?
‘EPC 0’ en ‘energieneutraal’ richten zich op het gebouwgebonden energieverbruik en niet op het huishoudelijk energieverbruik. Het verbruik van bijvoorbeeld je oven, stofzuiger, computer, televisie of broodrooster wordt hierin dus niet meegerekend. De termen ‘nul-op-de-meter’ en ‘energienotaloos’ gaan over het totale energieverbruik, dus inclusief het huishoudelijke energieverbruik.
ENERGIEPRESTATIEVERGOEDING (EPV)
Voor (bijna) nul-op-de-meter-woningen (NOM) kunnen verhuurders een vergoeding vragen aan hun huurders. Via de EPV (energieprestatievergoeding) krijgen de huurders dan een deel van de investering voor het realiseren van een NOM-woning terug. De EPV stimuleert zo het energiezuinig renoveren van sociale huurwoningen. De EPV wordt vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst. Hierin staat een betalingsverplichting van de huurder aan de verhuurder. De vergoeding geldt voor een gegarandeerde energieprestatie van de woonruimte door de verhuurder. Het gaat om zowel energiebesparende als energieleverende voorzieningen aan de woonruimte.
Wil je als verhuurder met een huurder een EPV overeenkomen, dan moet die voldoen aan de volgende eisen:
- De woning moet zeer goed geïsoleerd zijn en een zeer lage warmtevraag hebben: minder dan 50 kWh/m2 per jaar. De hoogste EPV is maximaal € 1,40/m2 per maand. Daarvoor moet de warmtevraag onder de 30 kWh/ m2 per jaar liggen. De woning wekt minimaal een even grote hoeveelheid duurzame energie op, zodat die volledig in de behoefte aan warmte kan voorzien. Daarnaast wekt de woning 15 kWh/m2 per jaar op voor warm tapwater.
- De woning wekt voldoende hulpenergie (Ehulp) op. Bij Ehulp gaat het om de gebouwgebonden (elektrische) energie voor installaties. Denk aan ventilatiesystemen, (comfort) koelsystemen en systemen voor meting en monitoring. Energie voor verlichting valt niet onder Ehulp. Daar bovenop moet de woning 26 kWh/m2 per jaar aan energie opwekken. Deze energie is voor de huurder. Het gaat om minimaal 1.800 kWh en maximaal 2.600 kWh.
- De verhuurder toont aan dat de huurwoning voldoet aan de eisen voor een EPV, bijvoorbeeld voor de isolatie. Hiervoor kan hij terecht bij erkende bedrijven die de warmtevraag van een woning bepalen. Ook de hoeveelheid energie die de woning opwekt, moet gemeten worden.