Eén van de bewoners van Mauritshof in Rijssen neemt ons mee. Ze laat trots haar nieuwe kamer zien, die is ingericht met haar eigen spulletjes. Het eikenhouten kastje naast haar bed past precies en daar is ze zichtbaar tevreden over. Nog tevredener is ze over haar ruime badkamer. We zijn te gast bij De Mauritshof, een woonzorgcomplex in Rijssen voor mensen met de verstandelijke beperking.
Johan van de Willige, Hoofd Projecten bij Bouwbedrijf Roosdom Tijhuis, kijkt tevreden: “Mooi toch, om te zien dat de bewoners zich hier nu al zo goed thuisvoelen. Kijk, daar doe je het voor.”
Samen met Van de Willige gaan we om tafel met Andries Vinke en Iris Tolij, respectievelijk Teamleider en Gedragskundige bij de Baalderborg Groep, waar Mauritshof onderdeel van uitmaakt, om terug te kijken op het bouwproces, waarvan de bouw begon in mei 2022 met een oplevering op 20 april 2023.
Mauritshof biedt onderdak aan 33 bewoners in de leeftijd van 17 tot 82 jaar. Verdeeld over de twee verdiepingen telt het complex zestien studio’s en zeventien appartementen, twee huiskamers met keuken en een ruime dagbestedingsruimte op de begane grond. De studio’s hebben allemaal een zit-slaapgedeelte met een badkamer. Bij de appartementen is de slaapkamer gescheiden van het woondeel. “We hebben de kamers op detailniveau zo veel mogelijk aangepast aan de wensen van de bewoners. Zo zijn er kamers met en zonder pantry, die in sommige gevallen dan weer voorzien is van een extra kast”, vertelt Van Tolij.
Het traject startte in 2015. Roosdom Tijhuis droeg zorg voor de ontwikkeling. Al snel werden de contacten gelegd met de Baalderborg Groep. Van de Willige: “De Baalderborg Groep had natuurlijk haar Programma van Eisen. Onze architect is daarmee aan de slag gegaan. Uiteraard volgt daarna het nodige overleg.” Ook Vinke was ervan overtuigd dat de goede aannemer voor deze klus was aangetrokken. “Roosdom Tijhuis heeft veel ervaring in de zorg. Bouwen voor de zorg vraagt om specifieke expertise. Dat vonden we belangrijk. En het bedrijf draagt de komende 20 jaar zorg voor het onderhoud van het gebouw. Ze hebben er dus alle belang bij om een goed gebouw op te leveren.”
Prefab
Het bouwteam bestond uit de uitvoerder en werkvoorbereider van Roosdom Tijhuis, de installateur en af en toe schoof er een onderaannemer aan voor het overleg. Van de Willige: “Er was een wekelijks overleg. De installateur (De Leeuw Installatietechniek) maakte deel uit van het bouwteam, omdat installateurs een steeds belangrijker onderdeel van de totale bouw uitmaken. Ook de opdrachtgever schoof af en toe aan om op de hoogte te blijven van de voortgang. We bouwen veel prefab. Dat betekent dat we de kozijnen in eigenbeheer maken, die vervolgens naar de fabriek gaan om ingepast te worden in de betonnen prefab-wanden. Bij prefab bouwen moet je vooraf goed weten waar bijvoorbeeld stopcontacten en uitsparingen moeten komen, want eenmaal ter plekke heb je maar beperkte mogelijkheden om wijzigingen aan te brengen. Op locatie werden de wanden geplaatst, gevolgd door het metselwerk.”
Vragen en doorvragen
Volgens Vinke leverde dat geen noemenswaardige problemen. “Natuurlijk zijn er altijd kleine dingetjes, maar grote problemen waren er niet. De kleine puntjes, zoals een deur die de verkeerde kant opdraaide werden in het werk verholpen. Voor ons was het vooral belangrijk om vooraf goed te kijken hoe alles er uit zou komen te zien. Het is een kwestie van vragen en doorvragen, zodat voor aanvang van de bouw alles duidelijk is.”
Bewoners
Die goede voorbereiding zorgde voor weinig problemen tijdens de bouw. Toekomstige bewoners en hun ouders konden op een afgesproken tijden een kijkje komen nemen bij de voortgang. Van Tolij: ”Daar waar mogelijk hebben we ze erbij betrokken, maar eigenlijk kwamen de bewoners pas echt in beeld na oplevering van het gebouw door de aannemer. Toen konden zij actief meepraten over de inrichting van de kamer, inclusief de gordijnen en de kleuren op de muren.”
Energie
Het gebouw is voorzien van een warmtepomp met bodemlussen om het gebouw te verwarmen, maar ook om het te koelen. De wtw-installatie, triple glas en de isolatieschil doen de rest om het gebouw nagenoeg energieneutraal te krijgen. De installatie van de zonnepanelen is nog even vooruit geschoven. Van de Willige: “Op het moment van bouw waren er hier in de wijk problemen met het terugleveren van de energie aan het net. Bovendien voldoen we aan de eisen volgens de EPC-berekening, dus de noodzaak was er nog niet direct. Vinke sluit hierop aan: ”Maar de wens ligt er nog wel. Zodra de mogelijkheid er is gaan we wel kijken of het de investering waard is. Daarbij kijken we natuurlijk ook naar de salderingsregeling. Het zou mooi zijn als we helemaal energieneutraal kunnen worden, bijvoorbeeld door gebruik te maken van accu-opslag.”
Onrust
Het drietal kijk terug op een vlot en goed verlopen proces. Op de vraag wat de verbeterpunten zijn voor een volgende keer is het even stil. Vinke: “Als ik een tip mag geven aan organisaties die ook zo’n traject ingaan; plan het zo dat de verhuizing niet in de zomervakantie valt. Onze bewoners verhuisden begin juni. Zo’n verhuizing is voor deze doelgroep natuurlijk een heel spannende tijd. Maar dat is ook de tijd dat een deel van onze medewerkers graag op vakantie gaat. We moesten dus veel werken met invalkrachten die de bewoners natuurlijk niet kennen. Dat heeft wel gezorgd voor de nodige onrust, die eenvoudig voorkomen had kunnen worden door voor een moment te kiezen.”
